Op 26 juli heeft het Werelderfgoedcomité van Unesco de Koloniën van Weldadigheid op de Werelderfgoedlijst geplaatst. Vlaanderen en Nederland dienden samen de nominatie in. In Vlaanderen gaat het om de Wortel-Kolonie; in Nederland om de koloniën Veenhuizen, Frederiksoord en Wilhelminaoord.
Vanaf 1818 stichtte de Maatschappij van Weldadigheid kolonies in onontgonnen gebieden in het toenmalige Nederlandse Koninkrijk. Ze werden ook wel pauperkolonies genoemd. Het doel was om de armen in de steden betere vooruitzichten te geven door ze werk op het platteland aan te bieden en zelfvoorzienend te maken. De Koloniën van Weldadigheid waren een sociaal experiment, dat door middel van structuur, dwang en tucht de samenleving wilde verbeteren.
De sporen van de inrichting van de kolonies - koloniehuisjes, dreven, gestichten en boerderijen met akkerbouw - zijn vandaag nog altijd duidelijk te zien in de culturele landschappen die zijn ingeschreven op de Werelderfgoedlijst.
Op hun hoogtepunt, in het midden van de 19e eeuw, woonden in Nederland ruim 11.000 mensen in de kolonies. In België piekte hun aantal in 1910 op 6.000.
Bron: www.unesco.nl en www.unesco-vlaanderen.be
Foto: De Wortel-Kolonie in Vlaanderen © James van Leuven